Het Lutherse geluid (slot)
De ruimte van een liturgie
In de krant stond een interview met een jonge vrouw die zich voornam zich in de bijbel te verdiepen. Dit leidde ertoe dat zij het geloof heeft gevonden. Nu nog een kerk. Waar voel ik mij op mijn gemak, wat zoek ik? Dan volgt in het interview een belangrijk citaat: ‘Katholieke diensten vind ik fijn, want die zijn altijd hetzelfde.’ Dat had ze ook kunnen zeggen van Lutherse diensten, met hun vaste orde van dienst, met veel elementen daarin van de katholieke mis. In Duitsland en Scandinavië spreekt men nog altijd van de ‘mis’.
Dat diensten altijd hetzelfde zijn, lijkt bepaald geen reclame voor een kerk. Maar blijkbaar voelen sommige mensen zich daarbij op hun gemak. Zoals deze vrouw; iemand die midden in het leven staat, met een veeleisende baan, en een verlangen om bij te dragen aan een rechtvaardige samenleving. Een goede reden om de vaste liturgie niet zomaar op te geven, ook al is die voor anderen minder uitnodigend. Gelukkig valt er (nog) wat te kiezen in kerkelijk Nederland. Toch moeten we ook op het kerkelijk erf waken over onze diversiteit, omwille van de vitaliteit van heel religieus Nederland.
Ruimte dankzij grenzen
Dat diensten altijd hetzelfde zijn, wil niet zeggen dat er weinig gebeurt. ‘Gebeurt’ in liturgische zin: er is het nodige te zien aan rituele handelingen en de gemeente wordt betrokken in gebeden met (gezongen) responsies. De muziek – voornamelijk orgelspel – heeft een eigen plek in de viering. Sommigen noemen het een tweede verkondiging. Uiteraard hoop je dat er ook iets gebeurt in geestelijke zin. Daar wordt juist ruimte voor gemaakt, dankzij een zorgvuldige liturgie. En het hoeft niet allemaal van de preek af te hangen. Gebeurt er dan nooit iets verrassends in een Lutherse dienst? Bij de uitleg van de Schrift kan de zelfexpressie aan bod komen. Juist in de afbakening komt deze het best tot haar recht.
‘Iets’ in de lucht houden
‘Ik kan de liturgie wel dromen’. Voor sommigen is dit een schrikbeeld; voor mij persoonlijk is het een soort ideaal. De viering als een spel: over het net gaan woorden en responsies heen en weer tussen voorganger en gemeente. Als lange volleys bij badminton, niet om punten te scoren, maar om iets in de lucht te houden. Dit wil niet zeggen dat de Lutherse viering, waarmee we deze serie afsluiten, niet beter of anders kan. Ook lutheranen kennen de dynamiek van voortdurend zoeken naar de vorm die naadloos past bij de mens van deze tijd. Ook hier zie je de slinger steeds teruggaan, nadat het verste punt is bereikt.
De ander nodig hebben
Persoonlijk zou ik – zoals ik er nu in sta – weer meer ruimte willen geven aan de schuldbelijdenis aan het begin van de dienst. In het Dienstboek staan prachtige drempelgebeden, waar ik ook door de week thuis troost uit put. Toen onze (Lutherse) synodevoorzitter bij ons voorging, vroeg hij of hij aan de schuldbelijdenis een ‘absolutie’ mocht toevoegen. Daarbij spreekt de voorganger de anderen vrij van beleden schuld en zonde. Een ambtelijke handeling, die in Lutherse vieringen in andere landen gehandhaafd is gebleven. Zo komen we uit bij het gesproken woord, dat voor Luther zo belangrijk was, ook in de zielzorg. Om op een persoonlijke noot te eindigen: ‘ik wil het van de ander horen’. Letterlijk. Ik heb de ander nodig, ben op hem of haar aangewezen.
ds. Taco Smit